De duistere wereld van de juju-dokters in Tanzania
- Andre Krul
- 2 jun 2024
- 5 minuten om te lezen
Bijgewerkt op: 12 jun 2024
André Krul (onder meer oud-Telstar, AZ, FC Utrecht) heeft als droom om de eerste Nederlandse voetballer te worden die op alle continenten gespeeld heeft. Na een jaar blessureleed vertrok Krul in januari naar Tanzania. Een contract bij Premier League club Mtibwa Sugar lag klaar. Totdat de technisch directeur een kapitale blunder maakte. De ‘wereldkeeper’ werd vijf minuten na het verstrijken van de transferdeadline aangemeld in het transfersysteem. Noodgedwongen verliet de doelman het land. Voor Panenka kijkt Krul terug op twee bijzondere maanden. Zo maakte hij kennis met de duistere wereld van de juju-dokters.

Rook in de kleedkamer
Begin februari speelt het team de eerste competitiewedstrijd tegen Ihefu. Het is gelijk een kraker, want Ihefu staat zes punten boven nummer laatst Mtibwa. In Nederland is het normaal dat de niet-geselecteerde en geblesseerde spelers voor de wedstrijd naar de kleedkamer komen. Even het team succes wensen. Ik vraag aan Mtibwa-fysiotherapeut Larry of dat in Tanzania ook gebruikelijk is. Het is zeker geen verplichting, maar het wordt wel gewaardeerd, zegt Larry. Tien minuten voor aanvang van de wedstrijd stap ik de kleedkamer binnen. Ik val bijna om van verbazing. Op de grond ligt een stapel papiertjes die in brand zijn gestoken, waardoor het blauw staat van de rook. ‘Juju, juju!’ roept spits Seif enthousiast naar me. Over juju had ik al het een en ander gelezen, maar nu aanschouw ik het met eigen ogen. De onbekende man in de kleedkamer is de juju-dokter. Aandachtig volg ik de taferelen. De juju-dokter heeft een kan kruidenwater meegenomen. Alle spelers scheppen er met hun handen water uit en smeren het uit over hun gezicht, benen en armen.
Zwarte kat
De juju moet de spelers geluk brengen. Omgekeerde juju gebeurt ook. Dan haalt de juju-dokter streken uit om de tegenstander ongeluk te bezorgen. Larry vertelt me een fantastisch verhaal. Aan het begin van het seizoen speelde Mtibwa Sugar de uitwedstrijd tegen Dodoma Jiji. De avond voor de wedstrijd zat het team in een hotel, toen er plotseling een zwarte kat over de omheining gegooid werd. Aan zijn poten en staart waren stukjes foliepapier gebonden. Pas nadat de kat de hele nacht had lopen te krijsen en de wedstrijd gespeeld was, durfden spelers van Mtibwa het foliepapier te openen. In het foliepapier zaten stukjes stinkende koeienhuid. Daar weer in zaten papiertjes met de namen van alle Mtibwa-spelers. In het Arabisch. Ook op de in brand gestoken papieren in de kleedkamer stonden Arabische teksten. Wat er precies op stond weet niemand. Zoals ook niemand weet wat de juju-dokters gaan doen. Elke keer verzinnen ze wat anders.
Scorebord
De juju-dokter van Mtibwa lijkt slecht werk te hebben verricht, want al snel staat er een stand van 0-2 op het scorebord. Het scorebord wordt bediend door een medewerker van Mtibwa. Dat betekent niet dat hij wat knopjes indrukt vanachter zijn computer, maar dat hij onder het scorebord staat met metalen bordjes in zijn handen. Op de bordjes zijn de cijfers 0 tot en met 9 geschilderd. Als er gescoord wordt schuift de man er een bordje uit, en steekt er een nieuw bordje in. In de eerste helft ga ik bewust dicht bij het scorebord staan. Ik wil de bordjesman van dichtbij aan het werk zien. Wat nou modern football? Dit is voetbal in zijn puurste vorm.
Watermeloen
Om het veld is een metalen afrastering gemaakt. Daarachter zijn houten planken op paaltjes bevestigd. Om de wedstrijd goed te kunnen zien moet je op de planken gaan staan. Op veel plekken zijn de planken zo smal dat het een hele kunst is om je evenwicht goed te bewaren. De ongeveer 500 supporters vormen samen een bont gezelschap. Zo zijn er een aantal mannen uit het nabijgelegen Masaidorp aanwezig. Na de 0-2 ga ik op weg naar de tribune. Achter het doel hebben de spelers van onder 20 zich opgesteld. Boven hen zit er een supporter in de boom. Op een gegeven moment komt er een watermeloenverkoopster schuin achter ons staan. Intuïtief ruikt ze kansen. Een groep hongerige Tanzanianen samen met een mzungu (Swahili voor blanke, red.), daar zit business in. Het duurt niet lang voordat één van de spelers vraagt of ik een stukje watermeloen voor hem wil kopen. Prima, veel kost het niet en zelf heb ik er ook wel trek in. Daarna kijken nog tien hongerige paren ogen me aan. Ik koop direct maar voor iedereen een stuk.
In het oor gefluisterd
Hierna neem ik plaats op de tribune, waar een aantal tuinstoelen zijn neergezet. Ik raak aan de praat met de CEO van Ihefu. Hij vraagt wie ik ben en wat ik hier doe. Ik vertel hem over de fout van de club. Na de nodige beleefdheden wordt de man direct. ‘What would you earn here?’ fluistert hij in m’n oor. Even moet ik schakelen, maar dan geef ik eerlijk antwoord. ‘Take my number and call me tomorrow.’ Ik heb geen idee wat ik er mee aan moet. Zoals altijd heeft mijn klankbord Larry een antwoord. ‘He works for the ministery.’ Aha, dus wellicht kan hij iets voor me betekenen, maar dan natuurlijk wél bij zijn club. Daarom wilde hij het salaris weten. Zoals afgesproken bel ik hem. Nadat hij meerdere keren aangeeft terug te bellen, maar dat niet doet, laat ik het gaan.
Juju-dokter in actie
De ruststand is 0-2. Niets aan de hand voor Ihefu zou je zeggen dus. Toch vindt hun juju-dokter het nodig om in actie komen. Na afloop vertelt Seif me dat hij een stukje folie op de zestienmeterlijn van Ihefu’s doelgebied vond. Hij gooide het weg en vlak erna werd de aansluitingstreffer gescoord. Op deze manier blijven de spelers er natuurlijk in geloven. De juju zit zo diep geworteld in de voetbalcultuur dat iedereen overtuigd is van de bovennatuurlijke krachten. Enkele uitzonderingen, zoals Larry, daargelaten.
Alle macht bij de juju-dokter
Mtibwa komt zelfs terug tot 2-2. De wedstrijd lijkt, naar verhouding, in een gelijkspel te eindigen. Maar vlak voor tijd komt doelman Ndikumana onnodig zijn goal uit gestormd, waardoor de tegenstander de 2-3 in een leeg doel kan koppen. Dat is ook de eindstand. Ik ben nu wel benieuwd of de keepers ook gebruik maken van juju. ‘Only if the juju-doctor tells us to do,’ zeggen ze unaniem. Alle macht ligt dus bij de juju-dokter. Maar wat als we nu, zoals vandaag, verliezen? ‘Then other juju-doctor. Better juju-doctor. More expensive,’ vertelt reserve-spits Vitalis me in gebroken Engels. En als dat ook niet werkt? Hoeveel juju-dokters zijn er? Het zijn vragen die bij me opkomen, maar ik laat de juju maar even voor wat het is. Ik ben er te nuchter voor.